Verslag Vijverbergsessie Voedsel, landbouw en klimaat in het kader van de nieuwe Nederlandse Afrikastrategie.
Op donderdagmiddag 29 februari 2024 organiseerde foodFIRST in samenwerking met de AIV (Commissie Ontwikkelingssamenwerking) op locatie bij Instituut Clingendael een dialoogsessie over de rol van voedsel, landbouw en klimaatrechtvaardigheid in het opbouwen van duurzame partnerschappen met Afrikaanse landen. Aanleiding voor de dialoogsessie zijn de twee recente adviezen die de AIV uitbracht over het onderwerp: AIV Briefadvies 36: Urgentie van een nieuwe Nederlandse Afrikastrategie (juli 2022) en Klimaatrechtvaardigheid als noodzaak (oktober 2023). In mei 2023 presenteerde het kabinet de Nederlandse Afrikastrategie 2023-2032.
Senioradviseur van foodFIRST/Socires Cor van Beuningen hield een inleiding over de rol van voedsel in het kader van buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking: We hebben te maken met een veranderende betekenis van voedsel in de internationale verhoudingen. Voedsel is niet meer alleen iets dat gegeten en verhandeld werd, maar een potentieel asset in geopolitiek conflict. De wereld is niet meer alleen een op regels gebaseerde internationale orde, en ook niet alleen een geglobaliseerde markt, maar tevens een arena waar rivaliteiten uitgevochten worden tussen grootmachten. Voedsel kan – hoe ernstig ook – als ‘wapen’ en machtsmiddel worden ingezet. Dat betreft de productie van maar evenzeer de kennis over voedselproductie. Het wordt gekscherend “the weaponization of Wageningen”genoemd. Het is potentieel inzet van geopolitieke strijd. Het is duidelijk dat dit diepgaande gevolgen heeft voor buitenlandbeleid, internationale samenwerking en OS.
We hebben als Nederland met de Dutch Diamond approach veel te bieden op het gebied van landbouwontwikkeling en voedselvoorziening. Daarmee hebben we een troefkaart in handen die overal kan worden ingezet: gaat het over migratie, geopolitieke belangen, politieke instabiliteit, steeds kunnen we landbouw inzetten om een verschil ten positieve te maken en solide partnerschappen te smeden.
Raadslid van de AIV en voorzitter van de AIV-commissie ontwikkelingssamenwerking Annelies Zoomers licht de adviezen van de AIV toe: Uitgangspunten van het AIV-advies Urgentie van een nieuwe Afrikastrategie zijn de enorme geopolitieke en geo-economische verschuivingen, het selectief de-globaliseren en het ontstaan van nieuwe geopolitieke blokken. Voor de bredere discussie is het besef van belang dat er een gap ontstaat tussen ons continent en de rest van de wereld. Dat gaat gepaard met een herpositionering van onszelf in de wereld, maar die gap heeft ook te maken met de dubbele agenda die ons wordt verweten. De AIV pleit in het advies ervoor om weg te bewegen van de traditionele hulp- en handelsagenda. Er is een urgente noodzaak om ons opnieuw te positioneren ten opzichte van ons buurcontinent. Dat is uiteindelijk ook in ons eigen belang. We moeten onze hulp en handelsbenadering omvormen tot een strategisch partnerschap gebaseerd op complementariteit en gedeelde belangen, waarbij veel nadruk wordt gelegd op het gelijkwaardig houden van de relatie.
Het tweede AIV-advies Klimaatrechtvaardigheid als noodzaak is meer dan alleen een oproep tot strategische partnerschappen. Nederland zou de lead moeten nemen in het realiseren van klimaatrechtvaardigheid. Er moet meer aandacht en actie komen om de meest kwetsbare landen te ondersteunen in de klimaattransitie.
Dat gaat veel verder dan de “loss-and-damage–agenda”: het gaat met name ook om de vraag hoe Afrikaanse landen in staat kunnen worden gesteld om ook de kansen van de transitie voor inclusieve ontwikkeling te verzilveren. Dit alles is ook in ons eigenbelang. Zonder klimaatsteun hebben armere landen niet de mogelijkheid om de transitie te financieren, waarmee het behalen van de Parijse doelen onmogelijk zal blijken. Daarnaast is het van geopolitiek belang voor Europa, omdat het gebrek aan klimaatrechtvaardigheid het Afrikaanse vertrouwen in de Europese partners ondermijnt.
Echter, rechtvaardigheid laat zich niet gemakkelijk definiëren. Het wordt gemakkelijker als we beschouwen wat onrechtvaardig is. Het zijn de armste landen, met de minste mogelijkheden, die het vaakst geconfronteerd worden met de gevolgen van klimaatverandering. Juist daarom is het logisch om landen te helpen klimaatbestendig te worden. We hebben daarbij te maken met de wensen en belangen van landen zelf. Vaak wordt de klimaattransitie door Afrikaanse landen gezien als een weg naar economische groei en industrialisatie.
Vanuit Instituut Clingendael beschouwt Louise van Schaik vooral de (geo)politieke dimensie van deze vraagstukken. In het Planetary Security Initiative staat de relatie tussen klimaatverandering en veiligheidsissues centraal. Dat gaat vaak over voedsel en water. We weten dat hoge voedselprijzen in de wereld heel vaak voor onrust zorgen. We zien boerenprotesten over de hele wereld. Er is onrust, maar ook onzekerheid over de toekomst – dat wordt politiek gemobiliseerd.
Dat brengt ons bij het punt over rechtvaardigheid. We zien dat als Europa meer gaat doen op het gebied van klimaat, we alsnog het frame van de imperialisten krijgen. Dat wordt door de andere grootmachten opgestookt. We blijven terugkomen op onze nobele motieven, maar een antwoord op de vraag hoe wij anders zijn dan China, of Amerika, of Rusland is er nauwelijks. De Europese aanpak is nog niet duidelijk. Er moet een nieuw narratief komen.
Vervolgens ontwikkelde zich een levendige discussie met de deelnemers. Met name het aansluiten op de Afrikaanse agenda, maar ook de verschillen tussen de Afrikaanse landen serieus nemen, werd benadrukt. Andere thema’s die zijn ingebracht waren onder andere “gelijkwaardigheid moet je doen”, de urgente noodzaak om af te stappen van een donor-recipient relatie en het tonen van onze eigen kwetsbaarheid. Een van de deelnemers bracht in dat het van belang is meer data en gegevens over landbouw en voedsel in Afrika te gebruiken. Anderen benadrukten het belang om het hele voedselsysteem te integreren, hoe ontwikkelingssamenwerking juist condities schept voor private investeringen en hoe (groenere) energie een prominentere rol moet krijgen in de relatie met Afrika.
Directeur van het Afrika departement van Buitenlandse Zaken Jelte van Wieren beschrijft dat de huidige Afrikastrategie veel meer in samenwerking met Afrikaanse partners tot stand is gekomen. Het heeft een andere strategie opgeleverd. Er is niet gekozen voor een selecte groep landen, omdat er staand beleid aanwezig was. Het zou een politiek besluit vragen die koers te veranderen. Afrikaanse landen zitten niet meer allemaal te wachten op ontwikkelingssamenwerking, ze willen handel en buitenlandse investeringen. De schimmigheid rondom de bilaterale relaties is aan het afnemen. We hebben te lang een donor-recipient relatie gehad, waarbij Afrikaanse landen niet durfden zeggen wat ze willen.
Het onderwerp gelijkwaardigheid speelt zeer in Nederland en de strategie is deels op dat publiek gericht. Ten tweede staat ook coherentie centraal, dat is net zo belangrijk als gelijkwaardigheid en gemakkelijker te adresseren. De ontwikkeling die is ingezet moet worden doorgezet. Met alle aanwezige partners willen we samen optrekken om de Afrikastrategie te implementeren. Het AIV-advies was daar belangrijk voor. Er zaten 42 Afrikaanse landen aan tafel tijdens de discussie over de Afrikastrategie. Op die basis kunnen we in Nederland voortbouwen.
foodFIRST en de AIV zullen zich beraden hoe dit gesprek te continueren, de kans dat er een vervolg gaat plaatsvinden is vrij groot getuige de aandacht en opkomst voor het onderwerp. Instituut Clingendael wordt hartelijk bedankt voor het beschikbaar stellen van de locatie die een passend decor vormde voor het debat.